Voetgangersfile en Draalproducten

Ik stond laatst in de file, bij de Etos… Ze hadden het wel goed bedacht vind ik. Je mag alleen de winkel in met een mandje en ze hebben een maximum aantal mandjes. Dus je maximaliseert het aantal mensen in de winkel. Daarnaast is er een redelijk eenrichting-pad gecreëerd zoals bij de Ikea. Zolang je nooit per ongeluk ergens aan voorbij gaat en dus om hoeft te keren gaat dat goed. Mits je niet achter een mede-shopper zit die niet zo goed weet welke shampoo hij moet kopen en dus 5 minuten lang alle labels gaat lezen.

Ik zeg ‘mede-shopper’, maar volgens mij is deze vorm van consumeren niet ‘shoppen’ te noemen. Het is order picking. Daar zijn robots heel goed in. Creëer een inventaris van locatie per item met volgnummer dat aangeeft op welke volgorde het in de winkel staat. Geef een lijstje met items en laat de robot de items ophalen op de juiste volgorde. Geen bal aan dus, alhoewel… ik ken mannen die zweren bij dit soort boodschap praktijken.

Ik wil shoppen.

Ik wil een winkel in lopen en ‘browsen’. Ik wil op ideeën worden gebracht die ik nog niet had. Herinnerd worden aan handige producten die ik vergeten was. Ik wil geïnspireerd, geamuseerd en verrast worden. Ik wil ontdekkingsreiziger spelen bij de Etos; in de wondere wereld van de Etos; op één of andere manier toch verbonden met mijn medemens-shoppers en het winkelpersoneel.

Ja, shoppen kan online. Tenminste… een beetje. Waarom zou je niet online je lijst bepalen en dan in de winkel alleen nog maar efficiënt de order picken? Ik kan online wel ‘browsen’ en geïnspireerd en verrast worden. Maar me een ontdekkingsreiziger voelen in de wondere wereld van? Nee… Want online shoppen vindt plaats in je eigen wereld. Op je eigen balkon, in je keuken of waar dan ook, maar zeker niet in de Etos.

Dat gebrek aan locatie is een dingetje. Ik merk dat de locatie waar ik ben terwijl ik dingen doe, leer, zeg, ervaar etc. een grote toegevoegde waarde heeft. Het helpt mij o.a. het geleerde en het gezegde beter te onthouden. Het geeft ‘kleur’ aan mijn ervaringen, aan mijn leven. Het geeft een hele extra dimensie.

Die sociale interactie is ook een ding. Soms zie je tijdens het online shoppen, bij mij vooral bekend bij Booking.com, dat ondertussen ook andere mensen naar dit product kijken. Maar dat creëert niet een gevoel van verbondenheid of medemenselijkheid zoals bij de Etos, “hey andere mensen zitten ook te twijfelen over de shampoo keuze”. Nee het creëert een gevoel van schaarste, een gevoel van concurrentie: “shit als ik nu niet meteen koop pakt mijn concurrent de laatste shampoo of wc-rol”. Geen positieve driver maar juist een negatieve: angst.

Aan de ene kant ben ik nu geïnspireerd om in de online aankoop dat sociale element toe te voegen (als adviseur en ontwerper). Hoe kan je een verrijking creëren tijdens het online shoppen zodat shoppers van elkaars bestaan bewust worden en elkaar een beetje kunnen helpen? Reviews doen dat eigenlijk ook, maar dat zijn afdrukken van mensen. Het is niet live. Waarom niet tijdens het shoppen een shoppers-chat functie bieden? Je ziet dat er momenteel een x aantal mensen op dezelfde pagina zijn en je vraagt op de pagina: “hallo medeshoppers, mag ik jullie wat vragen? Ik twijfel over de shampoo keuze. Heeft iemand ervaring met xyz?” En als contact center agent kan je dan ook alle pagina-gesprekken zien en er aan meedoen, tenzij iemand het vinkje “shoppers only” aan heeft gezet natuurlijk. Op die manier kan je misschien ook daten via de online Etos… ideetje :-). Wie weet….

Aan de andere kant…. liever maak ik de gewone fysieke Etos Corona-proof.

Ik maakte laatst bij de AH een mooie dans mee. Mijn AH heeft bij de achterwand de toetjes-zuivel staan. Daar is het pad breder, zo’n 3 of 4 meter denk ik. Het pad staat haaks op de 3 paden: (1) drank & limo, (2) koffie-thee & chocopasta, (3) soepen & kruiden. Ik kwam vanuit de drank & limo, in de richting van toetjes-zuivel en ik kwam een tegenligger tegen. Oh oh-momentje. Maar we maakten oogcontact en vrij vloeiend maakten we samen een ellipsvormige cirkel. Beiden tegen de klok in draaiden we om elkaar heen. Mooi. Ik eindigde bij de toetjes-zuivel en hij in het drank & limo pad. Dat is het dus… draaikolken of rotondes. We moeten draaikolken ontwerpen in de fysieke winkel. Sowieso voor elke kruising, maar ook daar waar de draalproducten zijn, daar waar mensen niet kunnen kiezen. Zoals de magazines, de groente, het bier of de shampoo. Als je dan nog even na moet denken welk biertje of welke shampoo je wilt loop je gewoon een extra draaikolk rondje, kan ondertussen iemand anders zijn biertje scoren en als draler krijg je wat extra beweging. Wel bij elke kruising even oogcontact maken hè ;-).

Schoenen in tijden van Quarantaine

Waar is de knop dat ik ff geen emails krijg van Sacha? Dit is mijn 4e week van quarantaine. Ik mag mijn huis niet uit en heb al weken geen lenzen in gehad (zo groot is mijn huis niet), iets leuks aan gehad of schoenen gedragen. Ik snap dat Sacha het moeilijk heeft met de verkoop van schoenen. Maar seriously… kunnen jullie even stoppen met emailen over schoenen? Mijn voeten beginnen ondertussen te vergroeien tot hun natuurlijke vorm. Why do I have so many shoes?? En het kost me zoveel moeite om de bijna dagelijkse email telkens te deleten.

thanks! Ik vind jullie nog net zo leuk hoor – don’t take it personal – en ik kijk uit naar de dag dat ik mijn mooie zwarte laarzen weer aan mag die ik in December nog gekocht heb bij jullie. Maar misschien beter om ff iets te sturen over hoe mensen hun bestaande schoenen onderhouden? Hebben de mensen iets te doen terwijl ze binnen zitten. Want mijn balkon is ondertussen schoon, de ramen zijn gewassen, het filtertje van de vaatwasmachine ook, mijn kleren zijn schoon, ik heb mijn benen onthaard, etc. etc. Volgende hoofdstuk: schoenen poetsen? Best duurzaam ook 🙂

De Commerciële Inflatie van de ‘Uitnodiging’ en het ‘Cadeau’

Ik kreeg een email vandaag. Van een commerciële instelling waar ik (ook) goede ervaringen mee heb. Ik was uitgenodigd voor een heel weekend huppeldepup. Wow! toch?

Nee, niks wow. Het was een ‘val’. Klik door en je ontdekt dat je voor slechts €150 mee mag doen. Geen gekke prijs, daar niet van. Maar om het nou gelijk te stellen aan een ‘uitnodiging’? Ik was dus uitgenodigd, maar ik moest wel eerst €150 neerleggen.

Een uitnodiging volgens een paar online definities, heeft het woord ‘welkom’ erin. Het deed me denken aan discussies over diversiteit, het integratiedebat, zwarte piet, samenwonen of logeren en inclusiviteit. Hoe er verschil is tussen iemand tolereren, accepteren (eventueel onder voorwaarde van assimilatie) en welkom heten. Welkom zijnde, dat de ander juist wil dat je er bent. Omdat het zonder jou minder leuk is. Zonder voorwaardes. Je hoeft niet aan een dresscode te voldoen of een quiche mee te nemen. Natuurlijk hartstikke leuk als je dat doet. Maar als je welkom bent hoef je dus niet te betalen… Als je maar ‘jezelf’ mee neemt.

In commerciële context ken ik het ook. Wanneer je een kaartje hebt gekocht voor een concert, daarná ben je welkom vanaf x uur. Dat is helder: met kaartje welkom. Zonder kaartje niet welkom.

Ik protesteer dus, bij deze, tegen het misbruiken van dit mooie woord. Het is pure inflatie.

Nu moet ik trouwens ook denken aan een andere email campagne. Toen kreeg ik een ‘cadeau’ voor mijn verjaardag. D.w.z. ik kreeg een kortingsbon t.w.v. €2,50 te besteden binnen 4 weken en alleen geldig in de winkel van de kadogever en alleen bij besteding van een minimaal bedrag van €25. Mooi ‘cadeau’… ?. Stel je voor dat je oom, op je verjaardag komt. Hij heeft een ijzerwaren handel en geeft je een dergelijke ‘cadeaubon’ voor zijn winkel. Bedankt oom Gierig. Ik ben toch niet achterlijk?

Kijk ik snap het allemaal wel, commercie enzo. Maar ik vind het allemaal zo een belediging. Een belediging voor mooie begrippen als ‘cadeau’ en ‘uitnodiging’. Maar ook een belediging voor jouw en mijn ‘consumenten-intelligentie’. Beste commerciële instelling, hoe hoog schat je eigenlijk de consumer intelligence in van je doelgroep?

Gender wear

I went to the doctor the other week. My right foot, specifically my big toe, had been hurting and acting weird on and off for maybe a year. It didn’t feel serious. My toe is a piece of my body that’s so far away from my hands and head, I can’t even touch it without bending my knee. But I had time, so I thought, get it checked. They made an echo and it showed something in the joint: wear.

Well this is ironic…

I didn’t understand what caused it. My doctor asked wether I had done any intensive sports. I didn’t. I’m otherwise in good health and only 42 years old. I didn’t understand until the next day when I went to the office. I have been off work for months, wearing nothing other than sneakers or easy boots. To the office I wore my high heels. Au… My big toe was pushing directly on to the part that hurt. It’s gender wear… I have wear on my joint from my ‘female’ footwear. WTF!

I read an article a few weeks ago, regarding expectations of women and what they wear at work. The article wasn’t about shoes, but in the comments somebody mentioned that they did think that women shouldn’t complain when asked to wear heels. Because it made women taller, which was convenient given that women are often shorter than men. ‘And you want to be able to look each other in the eye‘. Okay, I have an idea: why don’t we make men shorter? Let them bent their backs. It may cause back problems, but hey, so do high heels for women. I would think that women have built up some credit by now? Dear men, you’re up.

Of course I’m not serious. Ridiculous to ask or motivate people to injure themselves. Especially because in my opinion, the reason is bullshit. It’s not about eye contact. I’m 1.80m. I don’t need the length. High heels on women accentuate their tits and ass. And for some weird reason we have come to find that accentuation so normal, that we now call it ‘feminine’.

The ‘female’ Barbie. Let me guess, she wears a skirt and heels? If so, if ‘skirt and heels’ is our concept of ‘female’, than what is a Barbie without skirt and heels?

I don’t often wear skirts or dresses at work. They are very inconvenient. Let me share with you the drawbacks of skirts and dresses:

  • There are often no pockets. So where do you leave your phone or other intimate items you want to have with you at all times? (don’t say purse. A purse is not the same as a pocket. A purse is luggage. I don’t want to bring my luggage with me to every meeting or bathroom)
  • It’s not impossible, but it’s really inconvenient on a bicycle. Motivating me to take the car (not friendly for climate) or public transport (requiring me to walk more – remember the heels-problem?).
  • It’s cold in the winter. Panties help a little, but not enough.
  • A skirt or a dress limits you in your movements, particularly in the ways you can sit. You need to keep your legs together.
  • Panties suck 1. They break easily so you are required to watch all remotely sharp objects or even velcro coming near your legs at all times. I don’t have time for all this hassle. And by the way, why do desks at the office have a bunch of sharp metal objects and/or velcro tie wraps under it breaking my panties every time I cross my legs? Can we please start designing the bottom of a desk leg-friendly?
  • Panties suck 2. Because they break so easily you need to bring nailpolish with you or an extra pair, just in case. More luggage and stuff I may forget.
  • Panties suck 3. They don’t breath because they are made of nylon (plastic). So you sweat more.
  • Panties suck 4. Because they are made of nylon, if they break, or even if you wash them, you create plastic (micro)waste.
  • Panties suck 5. Because they break so easily, you need a lot of them and they cost money.

I’m a pragmatic person, so I don’t wear skirts often. But when I do wear a skirt I get more compliments, some of them literally that I look ‘beautifully feminine‘. Strange. Born as a woman, I did not come out of the womb wearing a skirt (or heels for that matter). I was born with legs and flat feet. All women are… So why is it feminine? Is it just culture? If so, why do we live in a culture where looking ‘feminine’ requires way more of women (time in front of the mirror and in the bathroom (putting make up on and off, shaving legs), way more money (make up, panties), inconvenience (panty, no pockets, no cycling, limited sitting) and even physical pain and wear), than it requires of men to look masculine?

If so than I want a new culture. I want a culture where we compliment women on looking feminine or just beautiful when they wear pants, low shoes and no make up. Because that’s what a real woman looks like, without all the extra effort, and it should be good enough. I’m not saying we should ban skirts or condemn women who wear high heels. But maybe that outfit is the female equivalent of macho. Maybe call it mucha. That way we can have a bit more diversity in the spectrum and we can give women who treat their feet friendly, or who have a need for a pocket, warm legs and ease of movement, just as much chance at a compliment on beauty or looking ‘female’ as someone in mucha gender wear.

Mijn laatste keer ‘normaal’, blijkbaar

Soms zie je het al mijlenver aankomen, soms komt het onverwachts. Soms ben je degene die het uitmaakt. Maar vaak is het toch lastig om op het moment van de laatste zoen, de laatste keer seks, de laatste keer vakantie of wat dan ook, het te weten; dat dit de laatste keer is. Dat wil je denk ik ook niet. Die laatste keer ga je dan achteraf duiden als “blijkbaar de laatste”. Ik had ooit een vriendje die nadat we het uit hadden gemaakt nog één keer wilde zoenen. Blijkbaar wilde hij een andere ‘laatste keer’. Met tegenzin deed ik het. Het was waardeloos, ongemakkelijk en gewoon ‘wrong’.

Dat laatste keer-gevoel heb ik nu ook, maar dan m.b.t. Consumeren 0.1. Die term bestaat volgens mij niet, maar wat ik ermee bedoel is het consumeren zoals ik dat altijd gedaan heb, afwegend: wat kost het aan geld versus wat biedt het (aan gemak, functie, etc.). Ik moet deze week naar Wapenveld, ergens bij Zwolle.

  • Ik kan met OV: kost geld, duurt een uur langer, maar biedt me ook 3 uur leestijd.
  • Of ik kan met de auto: is gratis (lease-auto), duurt korter, is makkelijker qua bagage maar is 2 uur waardeloze tijd want ik vind autorijden saai… alhoewel ik kan wellicht mensen bellen, muziek luisteren of gewoon mijmeren…

Dus… auto. Lekker vertrouwd. Consumeren 0.2 is dat ik voortaan ook meeneem in hoeverre die auto-rit mijn CO2 uitstoot vergroot t.o.v. de trein… Mijn auto doet namelijk 119 gram CO/km. De afstand is 300km heen en terug, dus 35,7kg CO2. (https://www.kentekencheck.nu/co2-uitstoot-auto/). Als ik dan doorreken wat een gemiddelde aardbewoner per week mag besteden (zelf bedacht wat een koers kan zijn en dus een budget), dan heb ik met dat ritje in één keer 1/3 van mijn week budget er doorheen gejaagd. En dan heb ik nog niet gegeten, gedouched, mijn huis verwarmd, etc.

Consumeren 0.2 is dus dat ik bij alles bewust ben van mijn eigen CO2 uitstoot en dat ik binnen een budget blijf. Dat ik voortaan een financieel én een CO2 budget heb. Dat ik bij alles ook overweeg: wat doet het met het klimaat? En dat is vermoeiend!

Vandaag met de auto, dan de komende weken met de trein, bijvoorbeeld. Mijn idee is om een budget te stellen waarbij ik niet meer uitstoot dan de gemiddelde aardbewoner. Ik hanteer dan een budgetkoers die erop mikt om binnen ongeveer 20 jaar op CO2 neutraal te zitten.

Dat is consumeren 0.2. En met de geboorte van 0.2 heb ik het onvermijdelijk uit gemaakt met 0.1 en heb ik opeens allemaal laatste-keertjes gemaakt… auuu!!!!

Vorig jaar heb ik dus mijn laatste stedentrip-vliegtrip gemaakt, voor een romantisch weekend. Ik wist het, of ik dacht het, dat het de laatste keer was. Sterker nog, ik dacht eigenlijk dat ik mijn laatste keer al had gehad, maar ik zwichtte, voor de liefde. Choose your battles… Het voelde heel dubbel. Ik wilde het niet en ik wilde het wel. Ik kon het al niet meer niet voelen (vliegschaamte) en ik kon het voor mijn gevoel niet maken om niet te gaan (relatie perikelen). In mijn hoofd hele discussies. Het is níet alleen maar een dijkje bouwen in Nederland. Ik ben wél verantwoordelijk voor mijn eigen gedrag. Ik ga het wél erg vinden als miljoenen mensen, elders, lijden aan hongersnood door mislukte oogsten. Ik ga het wél erg vinden om dat te moeten uitleggen aan kinderen. Ik ga het wél ‘vervelend’ en zorgwekkend vinden als die miljoenen mensen allemaal boos? naar dat stukje aarde komen waar ik woon met o.a. mijn nichtjes en neefje, omdat het hier nog wel bewoonbaar is, met onze mooie dijken. Logisch… zou ik ook doen als mijn thuisland is veranderd in een woestijn en onbewoonbaar is geworden. Logisch toch…? In het vliegtuig smachtte ik naar gewetensvrij Consumeren 0.1.

Soms zwicht ik alsnog; pak ik toch de auto, en neem ik toch die koffie bij de Starbucks ook al ben ik mijn eigen beker vergeten. Op die momenten werkt mijn logica ff niet. Kan ik me even niet druk maken om de toekomst. Ik heb er zelf jaren over gedaan voordat ik zonder internal struggle braaf dagelijks mijn tanden poetste, voor de toekomst van mijn gebit. Zo heb ik ook nog steeds niet de discipline om elke week te sporten, ondanks dat ik het echt wel geloof, dat dat beter is. Ik moet denken aan hoe je kinderen probeert uit te leggen dat ze niet nóg een snoepje mogen, of bij een hond. Hoe doe je dat bij volwassenen? “De CO2 is op… echt waar het is op… nee kijk maar in dat rapport daar van die expert, het is op.. Opperdepop…”. Kind: “ja maar dan koop je toch gewoon nieuw snoep? Mama heeft zoveel geld”. Ouder: “Maar dat geld is nodig voor andere dingen, dat jij later kan studeren enzo en dat jouw kindjes straks ook snoep hebben”. Kind: “jamaar dan ga ik toch gewoon niet studeren? Ahhhhh, mag ik nog een autoritje :-).”

Ik blijf het moeilijk vinden. Ik geloof in de vooruitgang en de waarde van de wetenschap. Ik ben dol op wetenschap; ik ben een wannabe-allesweter. Ik geloof in de goede intentie van wetenschappers. Ik kan het zelf niet, bewijzen of ontkrachten dat de aarde door ons toedoen opwarmt. Maar het klinkt logisch. Ik ben sowieso vóór zuinigheid. Want zelfs als we de aarde niet opwarmen met het verbranden van al die fossiele brandstoffen, dan is het nog steeds lullig dat we het allemaal opmaken terwijl er nog allemaal generaties na ons komen. Maar toch… ik heb er moeite mee om te veranderen. Om het te accepteren. Het is net als mijn recent verbroken relatie. Het werkte niet. Ik zag de toekomst niet meer. Maar ik hield en hou nog net zo veel van hem. Ik mis hem vreselijk. Ik heb géén zin in iemand anders. Maar terug kan ik ook niet… Het is uit. Het is echt uit.

Misschien moeten we een moment van algemene rouw instellen. Hoe neem je afscheid van een levensstijl die, ondanks dat er genoeg commentaar is op pensioen, zorg, klantenservice etc. toch ook wel heel vertrouwd is en minder eng is dan dat onbekende 0.2. Bovendien gaat 0.2 ook niks doen aan al die pensioen- en zorgproblemen. Onbewust was je al je hele leven lang uit aan het kijken naar een bepaald leventje, een visie op de toekomst. Met vliegende auto’s, slimme koelkasten, een gelukkig gezin, een huisje boompje beestje en met elke dag vlees (net als nu), en mooie vakanties naar verre landen en een vette auto voor de deur. Dat gaat hem dus niet worden. Hoeveel bucketlijsten gaan er stuk met Consumeren 0.2? Misschien zijn mensen het eigenlijk al aan het doen; rouwen om het verlies van Consumeren 0.1. Rouwen door nu semi-bewust die laatste vliegreis naar Griekenland te boeken, die ene biefstuk, die laatste BMW… Sterker nog, hoe harder er geroepen wordt dat we toch allemaal kapot gaan, des te meer ik denk: let’s go out with a bang.
De 5 fasen van rouw: ontkenning, boosheid, gevecht aangaan, depressie, aanvaarding. Waar zitten we?

Ik vond het maar overdreven, hoe mijn ex destijds miepte over dat zelfs de wc-rol bij het papierafval moest, OMG. Ik vond het initieel best vervelend dat ik voortaan zo vaak na moest denken hoe zaken weg te gooien en of ik wel of niet de auto moest pakken en dan lekker sjezen. Soms gooide ik lekker toch die wc-rol bij het restafval, stiekem, rebels.

Ondertussen, en nu het uit is, heb ik er eerlijk gezegd meer lol in, als een soort challenge… Ik heb mijn wc-rolletjes bewaard om er iets van te knutselen… Ik ben continu verbeteringen en besparingen aan het bedenken. En sommige besparingen zijn gewoon zeer goed voor de portemonnee of gewoon bijzonder qua ervaring! Ik ben ondertussen nog erger dan mijn ex!! Zo viel het me tijdens het douchen op dat ik eerst 5 liter koud water door het putje liet lopen voordat ik de warme straal op mij kon richten. Het was zomer… ik ben koud gaan douchen. Althans de start van de douche. Het had wel wat. Je begint koud en dan na x minuten wordt ‘ie als een groot kadootje lekker warm, mmmmmm :-). Als een soort camping attractie. Ik voelde me meer ‘alive’ door die afwisseling en het koude water. Toen werd het September… Nu vang ik dat koude ‘aanloopwater’ op in een lege wasmiddel fles en gebruik ik het voor het toilet. Het vraagt allemaal een beetje knutselen en creativiteit en het zet misschien nauwelijks zoden aan de dijk. Maar het voelt ook wel ‘inventief’ en vernieuwend… Ik heb iets nieuws… gratis toiletwater 😀

Mijn relatie met mijn voormalige leefstijl, 0.1, is dus uit. De laatste vliegreis was naar Wenen, ik at er de beste taart ooit (Scheiterhaufen) en het was een heel fijn romantisch weekend. Hopelijk vind ik ooit het recept op internet of neem ik de trein, want ik ontdekte laatst dat er weer een redelijke treinverbinding komt naar Wenen. De laatste biefstuk kan ik me niet eens herinneren, no problem, want eerlijk gezegd vond ik het nooit zo lekker en ben ik blij dat ik niet meer elke dag vlees hóéf te eten. Met de auto naar één bestemming vind ik te simpel, ik probeer nu zoveel mogelijk te combineren, als een spel. Ik ga naar locatie A en combineer dit met…? Ik probeer van elk ritje een rondje te maken. Ik pak vaker de fiets; goed voor mijn conditie en ik voel me er wat jonger door. Zoals vroeger, toen ik nog arm was en het leven voor me open lag, vanaf mijn gammele opoe-fiets. Een nieuw meubelstuk? Ik vond van de week gewoon bruikbaar sloophout bij de buren die aan het verbouwen zijn. Zij minder afvalkosten, ik minder aankoopkosten en straks een heel uniek ontwerp, meer houtbewerkingskunsten en eindeloze trots. Kleding, ik heb eigenlijk al een hele kast vol… Creatief met combineren, verstellen en accessoires. En ja, ik kijk uit naar de Gucci-verstel service zodra ze op het idee komen om met Gucci-geschoolde mensen een H&M jas om weten te toveren tot een fashion statement. En de ruilparties, waar ik met vriendinnen niet meer samen ga shoppen, maar samen ga swappen. Eerlijk gezegd shopte ik al jaren niet meer samen, dus misschien is dit wel een verbetering van mijn sociale leven?

Maar even serieus. Ik mis Consumeren 0.1 heus wel én ik geloof dat we het zoveel mogelijk leuk moeten en kunnen maken. Laten we ons verheugen op alles wat we gaan ontdekken met onze nieuwe liefde 0.2. Oftewel:

Consumeren 0.1 is dood, lange leve Consumeren 0.2!!

Wat schuift het?

Voor niks gaat de zon op. Van jongs af aan hoorde ik deze uitdrukking; heel bekend, heel vertrouwd. Zonder nadenken dacht ik: iets met zon, dus leuk. Zon is altijd goed, toch? Na regen komt zonneschijn, ook een positieve uitdrukking. ¯\_(ツ)_/¯

Nadat ik oud genoeg was om te begrijpen dat het niet over de zon zelf ging, dat er zoiets bestond als ‘cryptisch’, dacht ik jarenlang dat het over nutteloosheid ging. Er was iets ‘voor niks’. Zo van: vandaag had ik in bed kunnen blijven liggen; ‘voor niks’ ging de zon op. Ik paste dat dan ook zo toe in gesprekken. Niemand corrigeerde me. Was ik misschien niet de enige voor wie deze uitspraak gewoon net even te cryptisch was? Luisteren mensen eigenlijk überhaupt wel naar me als ik iets zeg? Tot ik eindelijk oud en wijs genoeg was om het op te zoeken en voortaan correct toe te passen. (voor niks gaat de zon op: dus dat niks gratis is…). Ik was misschien al ergens achterin de twintig! ?.

Initieel gebruikte ik hem sporadisch. Maar de laatste jaren gebruik ik hem continu, tevergeefs! Althans zo lijkt het. Want er komt nauwelijks respons. Net als al die keren dat ik het gebruikte om te zeggen dat ik voor niks mijn bed uit was gekomen, komt er nu ook niks als ik “voor niks gaat de zon op” zeg, oftewel dingen kunnen niet zomaar gratis zijn. Het gaat er maar niet in.

Op werk denken klanten dat ik toch wel gewoon ‘even’ de extra vergaderingen bij kan wonen. Voor een uurtje hoef ik toch niet te betalen? In de politiek en op straat denken mensen dat ze toch niet écht hoeven te betalen voor klimaatverandering? En in de fashion denken shoppers dat die bikini blijkbaar écht maar £1 hoeft te kosten?

Waar is de logica gebleven? Ik werk in de dienstverlening. Als de klant niet betaalt voor dit uur, wie dan wel? Dan schuift het toch door naar kosten voor de werkgever? Of, als de werkgever niet betaalt (voor mijn overwerk, wat dit is), dan betaal ik toch persoonlijk met mijn vrije tijd?

Bottom line. Natuurlijk is er altijd iemand, aan het einde van de schuiverij, die betaalt. Gratis bestaat niet. Het is werk… Het is misschien geen vervelend werk. Maar het is niet mijn hobby. Het is niet wat ik, of iemand, in zijn vrije tijd doet (voor zover ik weet). Vertel me dat we voortaan 7 uur per dag werken voor hetzelfde geld en we gaan allemaal een uur eerder naar huis, gok ik. Vertel die zwaar onderbetaalde fabrieksarbeiders, die bikini’s in elkaar naaien, dat ze voor het zelfde geld vandaag iets anders mogen doen en ik zweer je dat ze wat beters te doen hebben met hun tijd. Dat er altijd een rekening is, dat hoef ik toch niet uit te leggen? Of toch wel?

Wij Nederlanders, of wij Westerlingen, of wij mensen, wij schuiven. We schuiven alles wat we kunnen naar achteren, naar voren naar de zijkant, wherever. We schuiven graag alles, waar het maar kan, van ons stoepje af, onder het tapijt. We schuiven de milieuproblemen naar een toekomst waar wij zelf niet meer bij zijn (maar onze kinderen wel). We schuiven onze geldtekorten naar een lening in een verre toekomst, leunend op een hypotheekrente aftrek zodat het voor ons nu geen probleem is (maar straks wel voor onze kinderen). We schuiven onze afval- en milieuproblemen naar verre landen en oorden, die we niet kennen, waar we geen gevoel bij hebben, waar niemand woont die we kennen. Wij bouwen wel een dijk. Niet ons probleem. We schuiven alles naar de ver-van-ons-bed-show.

Nou-en dat de aarde een paar graden opwarmt. In Nederland kan het best een paar graden warmer, lekker. En onze dijken kunnen we best een paar meter hoger bouwen. Wij kunnen dat wel betalen. Dat het ook twee of meer graden warmer wordt op plaatsen waar het al 40 graden is, waar geen geld is voor airco, waar geen middelen zijn om dan nog voedsel te verbouwen, waar je dan dus gewoon dood gaat: ver van ons bed. Dat het water ook stijgt op plekken waar mensen geen geld en expertise hebben om dijken te bouwen, waar mensen dus gaan verdrinken en met miljoenen een volksverhuizing nodig zullen hebben: ver van ons bed. Dat al die miljarden mensen straks als een vloedgolf naar die plaatsen toe gaan waar het nog wel leefbaar is (Nederland bijvoorbeeld) en waar dan niet wij maar onze kinderen wonen: ver van ons bed en dat zien we dan wel. Ver qua plaats, ver qua tijd, of nog beter: allebei.

Ok ok ok… het wordt misschien wel een show waar onze kinderen iets mee moeten. We snappen wel dat het ‘iets’ kost, maar zo lang we niet kunnen uitrekenen hoeveel precies doen we gewoon alsof het ‘niets’ kost of heeeeeeel weinig. Daar is dat gratis zonnetje weer. Je kan nu nog gratis CO2 de lucht in dumpen, dat dat ooit miljarden euro’s en levens gaat kosten, dat kunnen ze dan toch niet meer verhalen. Je kan nu nog goedkoop de zee vol met plastic gooien, o.a. door polyester bikini’s van één pond te kopen. Dat dat later leidt tot massa sterfte van de mensheid doordat alle vissen dood zijn gegaan, dat zal vast wel iets kosten, maar ook dat is een rekening die ze toch niet kunnen verhalen: doorschuiven. Gratis en goedkoop is normaal, net als dat vroeger slavernij lekker goedkope arbeid was. Daar dacht je ook niet teveel over na. Stel je voor dat daar ooit nog een rekening voor komt…

Ik zag laatst dat programma waarbij een bekende Nederlander zijn voorvaderen en -moeders uitpluist. Deze BN-er vond één van zijn voorvaders op een plantage in Suriname, als eigendom van iemand. Dat dus je voorouders, slechts enkele generaties terug, slaaf waren gemaakt. Mijn voorvader was een visser, waarschijnlijk. Ik denk dat dat anders voelt. Ik heb meteen geprobeerd die plantagehouder en zijn nazaten te vinden met een Google search. Want er zijn dan dus ook mensen wiens voorvaders slavenhandelaren en slaveneigenaars waren. Maar daar hoor je nooit iemand over, terwijl… wie weet heb ik persoonlijk ook geprofiteerd… Was over-over-grootvader wel visser? Moet je nagaan hoeveel geld je toen hebt bespaard aan arbeidsloon. Hier zit misschien wel de bron van jouw oma’s erfenis. Of beter gezegd, de bron van een oude lening, een oude schuld… “Hallo, mag deze nazaat van een slaaf nog even de achterstallige betalingen incasseren van de arbeid, inclusief rente?” Ik moet opeens denken aan dat fascinerende artikel in De Correspondent over de graftaks, dit werpt daar toch een ander licht op.

Mijn punt is: we rekenen ons rijk. Sterker nog, door dat geschuif rekenen we ons niet alleen rijk, we ‘maken’ ons ook daadwerkelijk welvarend door te leven op de pof. De huidige generatie leeft in weelde, terwijl de kinderen straks in de problemen zitten. Onze nazaten zijn nog te klein en machteloos om de rekenmachine te hanteren om tot het prijskaartje te komen. We hebben niet allemaal Greta als dochter.

Wat kost het eigenlijk? Als wij, maar ook de landbouw, straks geen vis meer kunnen eten? Als daardoor de voedselprijzen vertienvoudigen? Als je boodschappen straks niet €200 per maand zijn maar €2000? Wat kost het eigenlijk, als er straks miljarden klimaat-vluchtelingen Europa proberen te overspoelen? Je kan ze misschien nog een paar jaar buiten de deur houden met mega hekken, afweergeschut en ander zwaar materieel. Maar nadat Europa omsingeld is met een kerkhof van miljoenen vluchtelingen, moet er toch iets gaan stinken of breken? Al was het maar in de harten van de Europeanen.

En is dat, die €2000 per maand, dan misschien toch 10x duurder dan de kosten van het nu voorgestelde plan om de klimaat doelstellingen te realiseren?

Maar kleine stapjes. Laten we beginnen met stoppen. Stoppen met denken, doen en vragen dat alles maar goedkoop en gratis kan zijn. Dat alles maar door kan worden geschoven naar de toekomst, zonder consequenties voor minimaal je eigen kinderen. Niks is gratis. Ik ben deze week met de hand een bikini aan het maken. Natuurlijk, hij is complexer dan drie driehoekjes, maar er zit zo’n 24 uur werk in. Doe dat maal minimum uurloon, plus materiaal, en ik kom op meer dan €200. Hoezo een bikini voor £1?

En laten we stoppen met dat veel te cryptische voor-niks-gaat-de-zon-op gezegde. Ik pleit voor een 2.0 versie. Een paar grove eerste ideeën:

  • “Niks is gratis en alles kost iets”
  • niet “wat schuift het”, maar naar wie?
  • “Alleen de zonneschijn is gratis, niet het -paneel”
  • “De rekening is voor het kroost”
Moeder Eend met haar kroost in het kroos. | ZeelandNet Foto
bron: www.zeelandnet.nl

LSaaS: less service as a service

Ik snap het niet. Er is een uitdrukking, die de indruk wekt dat gesneden brood een fantastische uitvinding is. Ik moet ook eerlijk zeggen, het is best handig. Het scheelt tijd en je krijgt een consistente dikte die precies goed is voor een laagje hagelslag. Ik ben ermee opgegroeid. Ik weet eigenlijk niet beter.

http://www.eltnest.com/2018/04/idiom-of-day-best-thing-since-sliced.html

Maar op werk hebben we sinds een tijdje iets heel lux waar je dan iets meer voor betaalt dan een gesneden sneetje: zelf je brood snijden… wow…. wie wil dat nou niet?!…. en het verkoopt! Daar gaat de uitdrukking the greatest thing since sliced bread. Zelf snijden is meer werk én het kost meer geld én je hebt de kans om in je eigen vinger te snijden. Wie dit verzonnen heeft is b r i l j a n t. Het is ‘less service’, in een chique verpakking.

Zo is er ook die andere ‘uitvinding’ waar ik de laatste tijd bijna dagelijks tegenaan loop. Self service afrekenen bij de Albert Heijn. Wow… handig! (not, want het gaat helemaal niet sneller) en goedkoop! (not, want ondanks dat je het salaris van een kassière bespaart, krijg je als klant geen korting). Ik snap het niet. Waarom gebruiken zoveel mensen de self-service? Snappen ze dan niet dat dit het einde is van de kassière, het enige menselijke contact voor oude dametjes die de hele week alleen thuis zitten en voor wie de boodschappen-doen hét sociale uitje van de dag of zelfs week is? Of voor mensen met een sabbatical ??

Wederom een voorbeeld van hoe de digitalisering van het klantcontact gelijk staat aan het ontmenselijken van het klantcontact. Mensen besteden een groot deel van hun tijd aan consumeren, ofwel als consument, ofwel als leverancier (al dan niet direct of indirect leverend aan de consument). Als we alles ontmenselijken, waar is dan nog het persoonlijk contact? Waar is de kans om een grapje te maken met de kassière, of andersom, zij met jou? De kans op misschien wel de enige glimlach die je die dag gaat krijgen? Ik ben 7 jaar kassière geweest (I know, ik ben partijdig). Ik heb notabene een date gescoord vanaf de kassa! Een goeie! Tenzij ze Tinder op de self service downloaden, gaan we het digitale equivalent daarvan via de self service echt niet snel meemaken.

De Hema, ik HOU van Hema, maar toch… de Hema heeft een bordje hangen in hun restaurant bij hun self-service koffie automaten. Dat je niet op de koffie hoeft te wachten… 10 minuten stond ik daar… te wachten totdat 5 mensen voor mij zelf hun koffie geschonken hadden. Niemand praat met niemand. Iedereen staat zich daar ongemakkelijk te voelen dat ‘ie dat ding niet sneller kan bedienen. Wat ik dus zo lullig vind aan dat bordje, is de BS. Die self-service staat hier niet om de klant een plezier te doen. Als twee man personeel twee koffie automaten hadden gehad, had het sneller gegaan én gezelliger. Die automaat staat hier zodat je minder personeel hoeft in te huren en dus kosten kan besparen. En dat is een legitieme keuze! De Hema ís ook goedkoop. De koffie is super goedkoop én je mag er gewoon verwarmd en onder het genot van een gezellige aankleding, misschien wel de hele dag, vertoeven. Maar doe niet alsof je de welzijnswerker bent terwijl je de klant wijs probeert te maken dat het allemaal voor hem of haar is. Self-service is gewoon less service.

Als voormalig AH kassière, als consumens en als kleindochter van mijn reeds overleden oude omaatje, ben ik dus tégen de ontmenselijking van de supermarkt. Ik wil dat er kassières blijven bestaan! Ben je het met me eens, doe dan mee en ga gewoon lekker in de rij staan de volgende keer dat je bij AH bent, ook al is ‘ie lang. Ga lekker kletsen met de mensen voor en achter je en geef de kassière een vriendelijke ‘goedemiddag’ en een oprechte ‘dankjewel’ als je weer vriendelijk bent bediend. Daar doet hij of zij, haar of zijn best voor. Geef een knipoog als het op de één of andere manier niet freaky is of probeer een goeie grap te maken. Maak elkaars dag. Misschien kunnen we het dan nog zo lang mogelijk uitstellen. Misschien komt er van uitstel alsnog afstel.

Lukt dit nu allemaal niet, moeten we straks toch allemaal anoniem en zonder enig menselijk contact onze boodschappen binnen halen, met een interactie zo dood en karakterloos als een parkeerautomaat, dan… I don’t know. Dan gaan we daar iets op verzinnen. Misschien dat bedrijven dan iets als ‘human service’ gaan introduceren en er extra geld voor vragen.

Pam, je haar danst

Wat is dat toch met naar de kapper gaan. Je denkt eigenlijk nauwelijks na over je haar. Je doet het gewoon zoals je het doet. Soms werkt het mee en zit het hartstikke leuk. Soms is het hopeloos en doe je gewoon een vlecht erin en probeer je het te vergeten. Haar speelt maar een kleine bijrol in je leven.

En dan opeens. Opeens out of nowhere MOET je VANDAAG NOG naar de kapper… want zo kan het echt geen dag langer! Terwijl je dus de dag ervoor nergens last van had. En je haar groeit ‘s nachts echt niet opeens 5 cm. Wat is dat toch?

Ik had die ‘acute-kappers-drang’ vorig weekend opeens. Ik wist me te bedwingen door gebrek aan zowel goede kapper als tijd om te gaan. Gisteren zei een vriendin nog tegen me: “wow, wat is je haar lang en het is mooi vol.” Ik blij blij. Er is dus blijkbaar niks mis mee?

Maar nu zie ik in de trein opeens een vrouw met wat eruit ziet als recent geknipt haar, kort tot bob. Het haar beweegt en heeft een duidelijk ‘model’, het is ongeveer mijn kleur en soort en het heeft ‘leven’ en ik denk: SHIT!! Ik mis dát! Ik mis het gevoel van net geknipt haar, van een kapsel met lef, van vernieuwing, ik mis het gevoel van leven… Ik val van mijn stoel van deze ontdekking, maar naar de kapper gaan geeft mij dus het gevoel dat ik leef…

Ik weet niet of dit gelezen wordt door kapperszaken of reclamehuizen. Maar for the record, als je nog inspiratie zoekt voor een goede reclame, you’re welcome.

Maar… nu was ik een boek aan het lezen, over non-violent communication, en dat boek vertelt over dat er altijd een behoefte zit achter gedrag en emotie enzo. En wil je echt ‘impact’ maken, dan focus je je op de behoefte, niet het gedrag. Mijn behoefte is duidelijk: het gevoel dat ik leef. Maar die kan vast op een heleboel manieren vervuld worden. Sterker nog, ik denk dat die behoefte een drijvende kracht is achter de koopziekte. Mensen hebben al die spullen niet nodig, ze willen vernieuwing. Want vernieuwing geeft het gevoel dat je beweegt, dat je leeft. Daar zit de uitdaging met duurzaamheid, want hoe kunnen spullen die 20 jaar mee gaan aan die behoefte voldoen? En misschien is het ook wel dat die ‘vernieuwingsbehoefte’ groter wordt door de relativiteit van andermans vernieuwing. Als iedereen elk seizoen zijn kledingkast vernieuwt, dan zijn jouw kleren opeens een stuk sneller oud. Hoe blijf je je dan toch ‘alive’ voelen?

De hamvraag m.b.t. duurzaam leven en consumeren is wat mij betreft dus iets als: hoe kan je jezelf telkens vernieuwen zonder te veranderen van spullen, althans zonder hun waarde zo goed als te vernietigen. Want volgens mij is vernieuwen een levensdrang, net als voortplanting, dat ontkennen is dus een gegarandeerd recept voor falen.

Even puur naar kleding kijkend: hoe kan je dat blijvend vernieuwen zonder waarde te vernietigen? Ruilen is een optie, binnenste buiten keren (maarja, je hebt maar twee kanten dus daar ben je snel doorheen), verven (maar dan wel met natuurlijke verf), verstellen (korter, langer, nauwer, wijder), versieren, op verschillende manieren dragen en combineren…

Of moeten we de oplossing niet zoeken in consumeren? ‘Hoe kan je mensen meer het gevoel geven dat ze leven?’ Of in kapperstermen: dat je haar danst?

Everybody likes a clean toilet

Ik woon in een boomrijke straat. Heerlijk! Vanuit mijn eerste verdieping voorkamer kijk ik in de zomer uit op één en al groen. Ookal is de overbuurman een soort fabriekspand. Ik zie het niet. En als ik de straat in fiets en ik zie die haag van mooie bomen en bladeren terwijl de zon er doorheen schittert, pure schoonheid en rijkdom.

Die bomen staan in de hele straat. Dus overal waar je kan parkeren, staat ook een boom. En in die bomen zitten vogels.
Vogels zijn net als mensen. Ze moeten ook naar de wc, elke dag. En dat doen ze dus, wonend boven mijn auto. Ze zijn zeg maar, de bovenbuurman, en er is geen riolering. Dat wil zeggen, mijn auto is hun riolering.
Laatst had ik drie dagen geen auto gereden. Ik heb ze geteld; het waren ongeveer 85 toiletbezoekjes. Ongeveer, want ze zitten ettelijke meters boven mijn auto. Dus de output van het bezoek, is misschien al mid-air in tweeën gespleten voordat ie op mijn auto belandt. Dan heb je twee stuks dicht bij elkaar die, voor zover ik het bestudeer, veel op elkaar lijken, maar niet noodzakelijk van één stuk waren. Wat ook kan – gebeurt best vaak eigenlijk – is dat ze precies op de rand van mijn dak ‘bezoeken’ en dan druipt ‘ie, vooral bij een extra natte witte, zo helemaal langs het raam, als ik pech heb, over mijn handvat, door tot aan de grond. Dat tel ik dan wel als één actie hoor, als ‘ie aan één stuk door is. Maar zo niet, dan twijfel ik.
Aan de overkant van de straat is het over het algemeen nóg erger dan aan mijn kant. Dat zijn ook andere bomen. Het bezoek daar lijkt meer bessen in zich te hebben. Ook meer pectine. Het klontert tot paarse… klonten.

Ik ben al zo vaak bij de wasserette geweest, minutenlang vergeefs richtend op zo’n klont met de hogedrukspuit. Uiteindelijk geef je toe en gebruik je soms toch een spons om de hele hardnekkige los te krijgen. Het is toch je autolak… die spons spuit ik dan weer af met de hoge druk.

Ik geloof ook wat ze zeggen over vogels, over dat ze verrassend intelligent zijn. Ik vond een keer een beginnend nest op mijn achterbalkon. Nog geen eieren (for the record). Maar dat nest heb ik z.s.m. opgeruimd. Mijn auto de volgende ochtend…de volledige voorruit bedekt. Ik moest terug naar binnen om met een gevulde waterkoker voldoende van de voorruit af te vloeien om uberhaupt de ruitenwissers aan te kunnen zetten. Slimme beestjes.
We hebben aan het einde van de straat van die ondergrondse vuilcontainers met een sticker erop: “de meeste mensen houden het hier schoon”. Die containers, en met name die stickers, zitten voor zover mogelijk nóg meer onder. Die vogels lachen zich suf.
Ik kan ook zweren dat de verhouding bezoek per uur verdubbelt nadat ik mijn auto heb gewassen. Niet onlogisch. Ik kies ook altijd het schoonste toilet als het even kan.

Nu zit ik dus al een tijdje aan een auto-doek te denken. Zo’n zeil ofzo dat je over je auto heen drapeert. Op die manier komt het op het doek i.p.v. op mijn auto. Is beter voor de lak. Ja…
Maar dan heb ik wel een heel doek vol met klonten om iets mee te doen. Ik vind een spons met klonten al erg. Dat doek zou ik dan opvouwen door, net als bij een tent met een natte bodem, de vieze kant tegen de vieze kant te vouwen. Ik stel me dat zo voor als dat ik een doek aantref met 85 bezoekjes. Ik maak het doek dan voorzichtig los van de auto. Daarbij fingers-crossed dat de bevestiging aan de auto niet precies onder een dikke klont zit. En dan moet ik het doek, gelijktijdig vanaf de linker- en de rechtervoorkant, optillen en tot het midden van het dak vouwen. Vervolgens ook met de achterkant. Ziet er moeilijk uit, in mijn hoofd. Vraagt denk ik de hulp van een buurman ofzo. Wie wil?
Daarna moet ik nog een paar vouwen maken zodat ik uiteindelijk een opgevouwen pakketje heb wat ik IN de auto kan leggen. Raar idee. Ik heb geen zin om het bezoek mee te nemen met mijn auto, maar als ik dan mag kiezen, liever buiten ‘op’ de auto dan binnen ‘in’ de auto, met mij erbij. Geen idee ook hoe dat ruikt, vogelbezoek. Of wat er gebeurt na een tijdje. Als t zomer is en je ergens parkeert waar het doek niet op het dak kan, en het dus in de auto ligt te bakken… Misschien is het wel ongezond.

Ook benieuwd wat er met het doek gebeurt na een tijdje en dus ook na een steeds verdere opeenhoping van bezoekjes. Zouden bepaalde plekken meer bezoek krijgen dan andere? En zou dat dan leiden tot dikkere plakkaten die groeien en uiteindelijk gaan brokkelen? Dat is ook niet fijn voor de auto. Grote kans dat er dan toch iets ontsnapt uit het opgevouwen doek en dan op de vloer van mijn kofferbak belandt.
Hopen ook dat natte bezoekjes niet aan het doek gaan plakken in de vouw. Dan zou ik later, bij het weer uitpakken, mijn doek niet meer uit elkaar getrokken krijgen.

Het schoonmaken van het doek moet natuurlijk ook gebeuren. Misschien minder vaak dan een auto dat juist bezoek heeft gehad, maar de vraag is hoeveel bezoek je op een doek verantwoord kan verzamelen en mee rond kan blijven rijden voordat je het schoon moet maken. En hoe doe je dat eigenlijk, het doek schoonmaken?
Met doek naar de wasserette rijden, doek ter plekke op de auto spannen, en vervolgens de auto door de wasstraat rijden? Weet niet of dat goed gaat in een wasstraat. Zo niet dan toch met de hogedrukspuit. Eerst spoelen, misschien daarna ook met zeep, i.v.m. de geur. Borstelen? En dan afspoelen en nat weer opvouwen en meenemen. Lijkt me best zwaar eigenlijk, zo’n nat doek… gedoe.

Voorlopig houd ik het dus nog maar bij het ‘naakt’ parkeren van mijn auto, hopende op een zo strategisch mogelijk plekje qua hoeveelheid bovenburen.

De logistiek van de bamboo-beker

Ok, hoe moet dit?

Ik snap ook wel dat zo’n bamboo beker, die je overal mee naartoe neemt en die je bij de Starbucks vol laat schenken i.p.v. dat ze weer een weggooi beker gebruiken, idioot hipperdepip is. Ik maak mezelf absoluut wijs dat ik hiermee toch maar weer een steentje bijdraag aan het milieu. Het zal eerder baten dan schaden toch? Ja, misschien is het vooral een aflaatbrief, zo’n idioot dure bamboo beker. Zodat ik me minder schuldig voel over het feit dat ik wel met de auto naar die Starbucks ben gereden om met mijn bamboo beker koffie te drinken.

Anyways… er zit nog wel een uitdaginkje in de logistiek van die dingen. Ik ben namelijk chaotisch. Dus als ik spullen te veel beweeg, dan ben ik ze binnen no time kwijt. Ik heb dus een koffiebeker voor in de auto en een koffiebeker voor… op de fiets zeg maar. Die tweede komt nog regelmatig ‘thuis’, waar ie dan afgewassen kan worden. Maar die eerste… Als we dat gaan doen weet ik zeker dat ik binnen no time bij de Starbucks sta zónder beker… want die staat dan thuis op het aanrecht ofzo.

Thuis afwassen is dus geen optie. Aangezien ik koffie drink IN de auto, dus NADAT ik al vertrokken ben bij de Starbucks, is afwassen bij de Starbucks ook geen optie. En in de auto…. Daar heb ik ook geen vaatwasser… Ik weet dus geen handige optie kort na het drinken, om de beker schoon te maken. Gevolg: de beker blijft ongewassen totdat ik weer auto rij en bij de Starbucks ben. Ik vraag dan netjes of de koffie in mijn eigen beker kan en ik vraag “kunt U mijn beker even omspoelen?”. Dat ging een tijdje goed.

Totdat ik vorige week bij de Starbucks was… Ik weet niet hoe lang het geleden was dat ik mijn beker had gebruikt. Maar hij was duidelijk niet gewassen na de laatste keer. Laat ik het kort omschrijven. Ik was laatst in een museum in Utrecht wat een expositie had over schimmels. Nou… mijn beker paste in de collectie. Ik probeerde hem nog zo goed en zo kwaad te legen op de parkeerplaats en liep naar binnen. Gedachte ballonnetjes: “Ze hebben vast kokend water om hem schoon te maken”. “Ze kijken vast niet eerst ín de beker” (wat ik zelf ook niet te veel wilde doen).

Ik vroeg netjes: “kunt u in deze beker… en kunt u hem eerst even goed schoon maken”. Met de nadruk op goed. Haar oren spitsten. Ze gaf aan dat haar enige middel een simpel koud spoel apparaat is… “oh oh” denk ik.. Ze vroeg: “hoe vies is ie dan?”.

“Uh nou”….

“want als er schimmel in zit dan wil ik hem niet gebruiken. Straks wordt u ziek, en dan heb ik het gedaan”

Ik voelde me nu serieus betrapt op mijn… tsja, hoe zullen we het noemen… viezigheid? Ik denk dat ik rood werd en ik stemde in met een gewone weggooi beker. Beschaamd probeerde ik mijn bamboo-beker snel subtiel weg te stoppen in mijn tas. Het duurt eeuwig voordat ik eindelijk mijn koffie kreeg en weg kon van de plek waar ik was betrapt. Ik kreeg mijn koffie, niet alleen in een weggooi beker, nee OOK NOG EENS met een plastic weggooi deksel. CRAP… dubbel mislukt.

Sindsdien staat de beker binnen bij mij. Grondig afgewassen. Maar vergeten in de auto plaatsen. Misschien moet ik naast de beker een fles water meenemen. Om hem tenminste direct na gebruik om te spoelen zodra ik ergens aankom. Ingewikkeld hoor, hip en moeilijkvriendelijk.